Mijn eerste jaar in Nederland

Gastblog door Christopher Willemse, student Biologie in Amsterdam. Foto’s van fotograaf Tiffany Sibilo.

Als ik nu terugkijk op mijn eerste jaar in Nederland kan ik gelukkig zeggen dat het me goed is afgegaan. Ik heb al mijn eerstejaars vakken gehaald en veel nieuwe vrienden gemaakt. Op Curaçao was ik heel gelukkig en had ik alles wat ik wilde, alles was in orde. Om ook gelukkig te zijn in Nederland besefte ik dat ik mijn leven weer vanaf nul moest gaan inrichten. De belangrijkste tip is dus ook om actief initiatief nemen. Ik deed mee aan de introductie activiteiten van de universiteit, sloot me aan bij CONGO, dat is de studievereniging van biologie, biomedische wetenschappen en psychobiologie van de Universiteit van Amsterdam. Ook werd ik lid van de sportschool en liep een voetbalveld op waar ik de eerste trainer die langs liep vroeg of ik mee mocht voetballen.

‘Leuk feitje: CONGO is de oudste (medisch) biologen-studievereniging van Nederland en staat voor ‘Comt Onooslen Naerstighlijck Gheleertheydt Ontvanghen’.

Taal

Door al deze drukke bezigheden kwam ik vanzelf terecht in sociale kringen en maakte ik vrienden, van slimme biologen tot stoere Amsterdamse voetballers. Al snel had ik elke dag van de week een bezigheid en was het zelfs lekker om een dagje vrij te hebben. Ook merkte ik dat mijn beheersing van de Nederlandse taal beter werd hier in Nederland. Het was soms wel moeilijk om het Papiamentu achterwege te laten in bepaalde zinsformuleringen. Men kijkt je gek aan als je ‘hopi nice’ of ‘aino sua’ zegt.

Men kijkt je gek aan als je zegt: ‘hopi nice’ of ‘aino sua’

Biercultuur

Hoewel ik een blanke blonde jongen ben en je zou denken dat ik makkelijk meng in Nederland, voelde ik me altijd anders en merkte ik dat ik me moest aanpassen om mee te kunnen in de Nederlandse sociale setting. Veel sociale activiteiten draaien rond het drankjes doen bij een café of kroeg, wat ik niet gewend was op Curaçao. Op Curaçao drinken de tieners eigenlijk geen alcohol en al helemaal geen bier en werd er op een strand of bij iemand thuis afgesproken met vrienden, vaak rond een barbecuetje. Bier is echt een Nederlandse alcoholische drank en het liefst drinken de Nederlanders dat op een terrasje of in de kroeg.

Makamba act

Deze hele nieuwe manier van ‘chillen’ was dus erg wennen. Toch heb ik me goed kunnen aanpassen en ben ik zelfs de Nederlandse cultuur gaan appreciëren en leuk gaan vinden. Verschillende Curaçaose vrienden hadden hier veel meer moeite mee. Met de hele transitie naar een nieuwe cultuur, stad en mensen kan je je wel voorstellen dat het ook heel fijn was om regelmatig met mijn oude Curaçaose vrienden af te spreken, waar je even je ‘makamba’ act kon laten liggen. Het leukste is natuurlijk wel als je je nieuwe vrienden introduceert aan je oude vrienden, waardoor je vriendengroep groeit.

Online college

Mijn tweede jaar is natuurlijk heel anders begonnen dan het eerste jaar. Door het corona virus zijn alle onderwijsinstellingen, inclusief de UvA, begonnen met online colleges. Dat betekent veel vaker thuis achter een laptop zitten. Ik vond dit heel lastig, omdat ik het beste presteer in een omgeving waar ik geprikkeld word om te werken en dat is absoluut niet thuis. Inmiddels is dit ‘het nieuwe normaal’ geworden en ga ik regelmatig naar de bibliotheken van de UvA om te gaan studeren. Ook probeert mijn universiteit voor elke opleiding minimaal één keer per week een fysieke les te geven. Dit vond ik heel fijn, omdat ik weer mijn studiegenoten kon zien. Mijn studiejaar heeft weinig studenten, waardoor we veel practicum lessen toch fysiek kunnen volgen. Daarnaast spreek ik nog vaak af met mijn vrienden en zussen in Nederland en blijven we elkaar motiveren.