‘En dan ben je ‘opeens’ arts!’ - Gregory Helmich

‘Onze kracht zit in onze diversiteit’

Gastblog door Gregory Helmich, arts

GregoryHelmich(27)

In deze blog vertel ik over mijn ervaringen als geboren en getogen Curaçaoënaar die aan de Universiteit Leiden de studie Geneeskunde succesvol wist af te ronden.

Op mijn 18e verhuisde ik naar Nederland om aan een droom te beginnen: arts worden. De keuze welke universiteit geschikt zou zijn om deze droom waar te maken was snel gemaakt. Bijna alle artsen die ik toen kende en waar ik naar opkeek hadden in Leiden gestudeerd.

Decentrale selectie

Het begon al spannend, ik viel onder de allereerste lichting die decentraal geselecteerd werd voor de bachelor Geneeskunde aan de Universiteit Leiden. In andere woorden, ik moest de Biomedical Admissions Test (BMAT) afleggen en me door een aantal uitgebreide interviews worstelen. En met succes, na de eerste ronde werd ik als 21ste op de ranglijst geplaatst uit meer dan 700 deelnemers aan de BMAT.

En dan begint het pas echt

Nadat al je biomedische, natuurkundige, scheikundige, sociale kennis en skills zijn getoetst en voldoende zijn verklaard – de eerste echte berg beklommen is – dan begint het pas echt, de bachelor Geneeskunde.

‘Tijdens de bachelor Geneeskunde leer je o.a. over cellen, weefsels, organen en hoe alles met elkaar verbonden is’

Aan de Universiteit Leiden verloopt de bachelor Geneeskunde zoals aan de meeste Nederlandse universiteiten.
Je leert hoe een cel in elkaar zit en hoe deze functioneert, hoe deze cellen verschillende weefsels vormen, hoe deze weefsels organen of andere functionele eenheden vormen, hoe de onderlinge verbanden zijn tussen deze organen en als laatste wat er allemaal mis kan gaan, ziekte.

En dat was de eerste grote berg

Na drie jaar lang feitjes stampen, kennis verzamelen, soft skills oefenen – hoe vertel je slecht nieuws aan een patiënt? – en minstens 38 tentamens weten te overleven krijg je te horen dat het gelukt is, de bachelor diploma Geneeskunde is binnen. Ik herinner mij nog goed hoe trots ik was toen ik het ‘papiertje’ op mocht halen op het podium, wetende hoeveel (grotendeels letterlijk) bloed, zweet en tranen dat ‘A4’tje’ met mijn naam erop gekost had.

‘Na de bachelor is het tijd om het vak ‘arts’ in de praktijk te gaan leren: de coschappen’

Op naar de volgende fase

De bachelor Geneeskunde is in the pocket en de boekenkennis is kennelijk goed verwerkt. Dan is het tijd om het vak ‘arts’ echt te gaan leren, in de praktijk: de bekende coschappen.

Als de bachelor Geneeskunde aanvoelt als het beklimmen van de Christoffelberg op Curaçao (372m) dan lijken die coschappen vooraf wel op de Kilimanjaro in Tanzania (5895m).

Praktijkstages in het buitenland 

Voordat ik aan mijn coschappen begon had ik al een duidelijke visie. Ik wilde de basis leggen in Nederland en daarna zo veel als mogelijk de praktijkstages in het buitenland lopen, het liefst in het Caribisch gebied. Met wat goed plannen, schuiven, heen en weer mailen en af en toe geduld hebben, lukte dat ook; onderzoek doen en coschappen lopen in Suriname, Curaçao en op Aruba.

‘In Suriname wordt met weinig middelen topzorg geleverd, ook in de jungle’

Coschappen gynaecologie en kindergeneeskunde in Suriname

In Suriname liep ik meer dan een half jaar de coschappen gynaecologie en kindergeneeskunde; in het Academisch Ziekenhuis van Paramaribo, het nabijgelegen Militair Hospitaal en in een afgelegen veldpost in Djumu, diep in het binnenlands junglegebied.

Ik maakte voor het eerst mee hoe een groep zeer gemotiveerde zorgprofessionals topklinische zorg leveren (ook in de jungle) ondanks de afwezigheid van beschikbare middelen. Iets waar je in een Nederlands ziekenhuis eigenlijk nooit bij stilstaat.
De uitdrukking ‘roeien met de riemen die je hebt’ kreeg hier zeker invulling.

Op Curaçao voor onderzoek, coschappen en de covid-pandemie

Toen ik in de eerste helft van 2021 op Curaçao was voor coschappen en een onderzoek (op afstand) naar de effecten van Remdesivir (een antiviraal medicijn) op covid-patiënten in het academisch ziekenhuis in Leiden, luidde de noodklok op Curaçao. Er was een explosieve toename aan covid-besmettingen. De avondklok werd geïntroduceerd, de beschikbare covid-bedden in het ziekenhuis werden fors uitgebreid en de spoedeisende hulp kreeg een indrukwekkende veldtent op de parkeerplaats van het Curaçao Medical Center (CMC).

‘Die vastberaden sfeer in het CMC tijdens de covid-pandemie zal ik nooit vergeten’

Dankzij het stevig optreden van de gezondheidsautoriteiten op het eiland, het zeer harde werken van zorgpersoneel van het CMC en het invliegen van extra (vrijwillige) medici uit het buitenland werd covid de kop ingedrukt en kon de reguliere zorg weer hervat worden. De vastberaden en saamhorige sfeer destijds in het CMC is iets wat ik nooit zal vergeten en mij tot nu toe nog kippenvel kan geven.

Dan ook nog maar coschappen op Aruba

Het einde van mijn coschappen kwam al snel in zicht maar ik had nog een keuzeruimte over voor een extra coschap. Aruba, het geboorte-eiland van mijn moeder, leek me een zeer geschikte plek. Ik heb daar twee maanden meegedraaid in een dermatologie praktijk waarbij ik dagelijks in minstens vier talen gesprekken voerde met patiënten, hun dermatologische klachten in kaart bracht en samen met mijn supervisor de juiste behandeling startte.

‘Op Aruba kregen we na een consult van een dankbare patiënt een kilo verse honing’

Het was een bijzondere ervaring om zo achter de schermen een kijkje te krijgen in de gezondheidszorg van het zustereiland van Curaçao en de vriendelijkheid van de Arubanen te ervaren. In sommige landen geven patiënten aan hun arts een kleinigheidje na een consultatie als blijk van dank, zo kregen wij van een imker een kilo verse Arubaanse honing die we in de lunchpauze natuurlijk gelijk moesten proeven.

De allerlaatste keer coschappen… en dan?

Na Aruba keerde ik terug naar Nederland om mijn allerlaatste coschap te lopen in het Alrijne ziekenhuis in Leiderdorp. Na vier maanden hard en zo efficiënt mogelijk werken wist ik ook dit laatste coschap met succes af te ronden.

En dan ben je ‘opeens’ arts en mag je jezelf dokter Helmich noemen

Het laatste coschap gelopen, het laatste vinkje gezet en dan krijg je een datum wanneer je het volgende ‘A4’tje’ met je naam erop mag komen ophalen.


Dankbaar

Ik heb in de periode van mijn laatste coschap nog vaak gereflecteerd op mijn ervaringen binnen de gezondheidszorg in het Caribisch gebied en in Nederland en alle verschillen tussen ziekenhuizen, patiënten en de zorgmedewerkers. Al snel trok ik de conclusie dat ik voor al deze ervaringen dankbaar ben, ik deze koester en dat ze mij altijd bij zullen blijven. Onze kracht zit in onze diversiteit.

(vers afgestudeerde) Dokter Helmich


En toen zag je de Everest (8849m) op de horizon, het ‘echte werk’ staat nu voor de boeg, je hebt geleerd hoe arts te worden, nu nog het vak zelfstandig uitvoeren.

Meer weten over Gregory? Volg hem op zijn Linkedin pagina.


‘Door de coschappen maak je kennis met de praktijk’ - Anouk van den Berg

‘Als coassistent zie jij als eerste de nieuwe patiënten’

Gastblog door Anouk van den Berg,
masterstudent Geneeskunde/coassistent in Leiden

AnoukvandenBerg

De 24-jarige Anouk van den Berg – geboren en getogen op Curaçao – is momenteel druk bezig met haar master Geneeskunde aan de Universiteit Leiden.

Eén van de coschappen die ze volgde was bij de afdeling keel-neus-oorheelkunde (KNO) in het Alrijne Ziekenhuis. Daar mocht ze een dag meelopen met Dr. Remi Schoop, een KNO-arts die net als zij Curaçaose roots heeft. Hij reageerde verrast op haar vrolijke ‘bondia!’. In dit blog kun je lezen hoe haar coschap KNO verliep.

Verplichte coschappen bij geneeskunde

Twee weken. Zo lang, of beter gezegd, zo kort, duurt het coschap keel-neus-oorheelkunde (KNO). Dit coschap maakt deel uit van één van de vijf clusters coschappen die voor de master Geneeskunde verplicht zijn. Deze master kun je bij verschillende universiteiten in Nederland volgen. Ik volg hem via de Universiteit Leiden. Hier bestaat de master uit vijf clusters coschappen, een wetenschapsstage, een keuze-coschap en een semi-arts stage. In zijn geheel duurt de master drie jaar.

‘De master geneeskunde kun je bij verschillende universiteiten in
Nederland volgen’

Rooster verdelen

Dit coschap KNO volgde ik in het Alrijne Ziekenhuis Leiderdorp. Na het introductiepraatje kreeg ik het rooster van de artsen van de secretaresse. Zij vertelde mij dat ik, samen met de andere coassistent, de polikliniek en operaties moest verdelen. De polikliniek is de plek waar zowel de nieuwe als de al bekende patiënten, die niet opgenomen liggen in het ziekenhuis, komen voor hun afspraak. Het verdelen van de polikliniek en operaties is per coschap weer anders. Soms krijg je een vast rooster waar je je aan moet houden. Soms, zoals in dit geval, mag je het zelf verdelen.

Beste vriend

De andere coassistent waar ik deze verdeling mee moest afspreken is niemand minder dan mijn beste vriend, dus dat verdelen dat kwam vast goed. Ik had hem al verteld dat ik had gehoord dat er hier een KNO-arts werkt die ook uit Curaçao komt en dat ik sowieso een keer met hem wilde meelopen.

Daar hebben we rekening mee gehouden bij de verdeling en die woensdag liep ik mee met Remi Schoop.
Dit is de KNO-arts met roots op het mooiste eiland van de Caraïben, waar ik zelf ben geboren en 18 jaar heb gewoond.

‘Ik wilde sowieso graag een keer met Dr. Remi Schoop meelopen’

Bondia!

Die woensdagochtend moest ik iets eerder mijn bed uit, want de poli van Dr. Schoop is in het Alrijne Ziekenhuis in Alphen aan den Rijn en dat was net iets langer reizen voor mij dan naar Alrijne Leiderdorp.

Ruim op tijd was ik er en ik zag dat Dr. Schoop er ook al was. Ik liep zijn spreekkamer in en begroette hem met een grote glimlach en een ‘Bondia!’. Hij keek me verbaasd aan, nam een seconde de tijd en zei daarna ‘Bondia!’ terug. ‘Kom je uit Curaçao?’, vroeg hij.

 

Veel nieuwe patiënten

Na een kort gesprekje legde hij de gang van zaken uit van de dag. De hele dag hadden we polikliniek en er waren veel nieuwe patiënten. Als coassistent zie jij als eerste de nieuwe patiënten. Je hebt dan een kort gesprek met de patiënt waarmee je hun klacht in kaart brengt. Vervolgens doe je het lichamelijke onderzoek.
Dit schrijf je op in de status, samen met wat jij denkt dat de diagnose is en de mogelijke behandeling. Als je dit hebt afgerond dan bespreek je het met de begeleidende arts. Die kijkt dan of je diagnose en de bevindingen van het lichamelijke onderzoek kloppen en geeft uitleg over de behandeling aan de patiënt.

‘In de KPB geeft de begeleidende arts aan wat goed ging en wat beter kan’

Beoordeling

Aan het eind van de dag vroeg ik Dr. Schoop om een korte praktijk beoordeling (KPB). Dit is de manier waarop je coschap beoordeeld wordt. In zo’n KPB schrijven de artsen op wat er goed ging en wat er beter kan. Aan het eind van het coschap neem je met je eindbeoordelaar deze KPB’s nogmaals door. Meestal is de eindbeoordelaar de arts waar je het meest mee hebt samengewerkt. Die geeft jou op basis van zijn eigen ervaring en de informatie vanuit de KPB’s een eindbeoordeling.

‘In mijn eindbeoordeling stond : jammer dat je geen KNO-arts wilt worden’

Uitmuntend

In de korte tijd dat ik meeliep op de KNO heb ik het heel fijn gehad, veel geleerd en kreeg ik goede begeleiding van onder andere Dr. Schoop. Toch denk ik niet dat KNO het vakgebied is waarop ik mij wil gaan specialiseren.

Voor mijn eindbeoordeling kreeg ik desondanks een ‘uitmuntend’, wat in cijfers vertaald gelijk staat aan een tien. Mijn eindbeoordelaar schreef bij mijn eindbeoordeling nog: ‘jammer dat je geen KNO-arts wilt worden’.

Meer leuke blogs lezen van Anouk? Check ze hier: Toelating Geneeskunde Leiden en Welkom in Leiden


‘Vluchtelingenwerk is mooi en uitdagend’’ – Ermilia Sanchez

‘Ik wil iets betekenen voor anderen‘

Interview met Ermilia Sanchez,
programmabegeleider bij het COA

ErmiliaSanchez

De 25-jarige Ermilia Sanchez – geboren en opgegroeid op Aruba – werkt als programmabegeleider bij het COA, de organisatie die in Nederland de opvang van vluchtelingen en asielzoekers regelt.

Tijdens een stage voor haar studie SPH, kwam ze voor het eerst in aanraking met vluchtelingenwerk. Ze organiseerde activiteiten voor minderjarige vreemdelingen en merkte dat het werken met vluchtelingen haar raakte.

'Op mijn 18e vond ik mezelf te jong om alleen naar Nederland te gaan'

Te jong

Ermilia deed eerst de MAVO en haalde daarna haar HAVO-diploma. Ze was pas 18 en vond zichzelf te jong om in haar eentje naar Nederland te gaan. Bovendien twijfelde ze over welke vervolgstudie ze wilde gaan doen. Voor biologie en scheikunde haalde ze goede cijfers, misschien de kant van chemie/environmental science op? Of toch iets met maatschappelijk werk? Dat laatste trok haar al langer, ook omdat ze vanaf jongs af aan meehielp bij sociale wijkprojecten van de Directie Sociale Zaken Aruba

Tussenjaren

Ze besloot de tijd te nemen om uit te zoeken wat ze echt wilde. Het werden twee tussenjaren waarin ze naast verschillende baantjes ook vrijwilligerswerk deed bij Green Aruba.

Verkeersongeluk

Een ernstig verkeersongeluk voor Ermilia’s ouderlijk huis gaf de doorslag. Ze zag de hulpverleners aan het werk en was daar zo van onder de indruk dat ze dacht:

“Dit wil ik later ook, mensen in een crisissituatie helpen!”.

'Dat verkeersongeluk was voor mij een signaal'

Studiekeuze

De richting was er, nu de juiste studie nog. Ermilia dook in de websites van verschillende hogescholen in Nederland, oriënteerde zich grondig en koos uiteindelijk voor de HBO-opleiding Sociaal Pedagogische Hulpverlening (SPH). Aan de HAN in Nijmegen omdat ze daar de meeste connectie mee had en er een aantal mensen kende.

'HAN Huntu geeft Caribische studenten een beetje
het ‘thuisgevoel’

Han Huntu Carnavalsfeest

HAN Huntu

Net als veel andere Caribische studenten vond ze de eerste maanden in Nederland lastig. Ze moest haar weg vinden in een land waar ze nog nooit was geweest, alles was nieuw en spannend. Bij HAN Huntu, de community van Caribische jongeren die aan de HAN studeren, vond ze steun en een ‘thuisgevoel’. Ze is nog steeds actief voor HAN Huntu.

Overstap naar Social Work

In haar tweede studiejaar moest ze door omstandigheden een paar maanden terug naar Aruba. Bij terugkomst in Nijmegen stapte ze over naar Social Work, een nieuwe opleiding waarin drie sociale studies – waaronder SPH – inmiddels werden gecombineerd. Haar ambitie – mensen die het (tijdelijk) moeilijk hebben in het leven ondersteunen en sterker maken – kreeg daarna steeds meer vorm.

'Voor vluchtelingen is alles nieuw en onbekend
in Nederland'

Werken bij het COA

Die ambitie kan Ermilia volledig kwijt in haar baan bij het COA (Centraal Orgaan opvang asielzoekers). Ze geeft als programmabegeleider trainingen en voorlichting aan vluchtelingen en asielzoekers. Voor de doelgroep waarmee ze werkt is veel in Nederland nieuw en onbekend. In de trainingen komt vooral praktische informatie aan bod, o.a. over huisvesting, zorg, openbaar vervoer, culturele verschillen, etc.

'Met een rustige houding en respect kom je ver
in dit werk'

Mooie en uitdagende baan

Veel vluchtelingen zijn getraumatiseerd door wat ze mee hebben gemaakt. Dat kan uitdagende situaties opleveren in haar werk, maar ook mooie momenten. Daarbij komen de technieken die ze tijdens haar studie leerde goed van pas. En met een rustige houding, duidelijk communiceren en respect kom je ver, weet Ermilia uit eerdere werkervaring.

Ermilia’s tips voor toekomstige studenten :

  • Bereid je goed voor: zoek online naar informatie, bezoek online open dagen (ook al moet je er om 5 uur ’s morgens voor opstaan), chat met studenten, neem contact op met medestudenten uit het Caribisch gebied en vraag naar hun ervaringen.
  • Ga de uitdaging aan: natuurlijk is het spannend om in je eentje in een vreemd land te gaan studeren. Maar ga ervoor en je zult merken dat je er enorm door groeit.
  • Laat je niet teveel afleiden: feestjes, borrels, vrijheid… vooral doen maar hou de balans in de gaten. Laat je niet afleiden van je uiteindelijke doel.


‘Er ging een wereld voor mij open’ - Raisa Rudge

‘Ik bleek helemaal op mijn plek in het lab’

Gastblog door Raisa Rudge,
wetenschappelijk onderzoeker

Raisa Rudge

In deel 2 van de driedelige blogserie van de 30-jarige Raisa Rudge vertelt ze over haar studiekeuze op de middelbare school op Aruba en haar studietijd in Nederland. En hoe dit alles haar uiteindelijk naar Brisbane in Australië bracht waar ze nu als wetenschappelijk onderzoeker werkt. Haar vakgebied is natuurkunde met levensmiddelen (eten, drinken, etc) als toepassing.

Na de vele enthousiaste reacties op mijn eerste blog, kijk ik ernaar uit jullie in deze blog een verder kijkje te laten nemen in mijn belevenissen als (aankomend) student.

Blog 1 gemist? Klik dan hier.

Studiekeuze

Aan het einde van de middelbare school moest er een belangrijke keuze worden gemaakt: de studie. Op Colegio Arubano kregen we in die tijd (2008) een paar keer per maand de kans om het decanaat te bezoeken. Dit was een relatief klein lokaal waar we ons op verschillende studiemogelijkheden konden oriënteren met behulp van flyers en brochures en de kennis van de docent.

'Lastig om op afstand een goed beeld van een studie te krijgen'

De meeste universiteiten hadden wel een website, maar het was nogal lastig om echt een goed beeld van de studie te krijgen. Nederlandse studenten kunnen naar open dagen en meeloopdagen, vanuit Aruba hadden wij die luxe niet. Gelukkig zijn de meeste websites tegenwoordig een stuk completer en zijn er zelfs online open dagen.

Nieuwe dingen ontdekken

Bij het maken van de studiekeuze heb ik er rekening mee gehouden dat ik altijd interesse heb gehad in het maken en ontdekken van ‘nieuwe’ dingen. Het leek me dan ook handig om bij de moleculen (de bouwstenen) te beginnen.

'Ik had geen idee waar ik aan begon'

Combinatiestudie

Zo kwam ik terecht bij de opleiding Molecular Science & Technology aan de Universiteit Leiden en de Technische Universiteit Delft. Onder andere de kleurrijke website en termen zoals ‘top wetenschappers’, ‘chemische processen’ en ‘zelf onderzoek doen’ trokken destijds mijn aandacht maar verder had ik geen idee waar ik aan begon. Het bleek een combinatiestudie: Scheikunde en Chemische Technologie aan twee universiteiten.

'Ik was helemaal op mijn plek in het lab!'

Moleculaire bachelor

Vooral het eerste jaar zat boordevol wiskunde en natuurkunde wat ik absoluut niet verwachtte bij mijn kleurrijke moleculaire bachelor. Het kostte dan ook een aantal herkansingen maar uiteindelijk ben ik er toch doorheen gekomen. Waar ik me een stuk comfortabeler voelde was op het lab, waar we gelukkig vaak genoeg mee mochten helpen aan echt onderzoek. Ik heb ook een minor Italiaans gedaan wat verassend genoeg nogal op Papiaments lijkt!

'Door de studieverenigingen voelde ik me snel thuis in Leiden en Delft'

In het bestuur

Ik was vaak te vinden bij de activiteiten van de studieverenigingen en heb ik zelfs bestuur gedaan van drie verschillende studentenorganisaties: de studievereniging in Leiden, een reisvereniging in Delft en een symposium voor beta studenten. Dit heeft zeker geholpen om mij meteen thuis te voelen in Leiden en Delft maar ook om belangrijke kwaliteiten te ontwikkelen (communicatie, leiderschap, organisatie etc, etc).

'Chemie en natuurkunde, maar dan met eten leek mij leuk als tijdelijke afwisseling van de ‘gewone’ scheikunde'

Master

Voor mijn Master heb ik gekozen voor chemisch onderzoek aan de Universiteit Leiden oftewel, ik was weer vaak in het lab te vinden. Als keuzevakken koos ik voor Food Technology aan de Wageningen University & Research. Chemie en natuurkunde, maar dan met eten leek mij leuk als tijdelijke afwisseling van de ‘gewone’ scheikunde.

En toen ging er een hele wereld voor mij open voor wat betreft carrièremogelijkheden…

Hoe dit afliep lees je in mijn volgende blog!

Wil je intussen meer van mij weten? Check mijn Insta:

https://www.instagram.com/raisnscience/

Voor het meer zakelijke netwerk zit ik ook op LinkedIn:

https://www.linkedin.com/in/raisa-rudge-717b6964/


‘In mijn vak moet je scherpe humor hebben’ - Agnes de Lima

‘Gedrag dat fout en stout is, daar houd ik mij mee bezig’

Interview met Agnes de Lima,
forensisch orthopedagoog en psycholoog

Agnes de Lima

Agnes de Lima is forensisch orthopedagoog en GZ-psycholoog. Dat betekent dat ze werkt met cliënten – volwassenen en kinderen – die de wet overtreden. Zij verdiept zich o.a. in opvoeding, jeugd en omgeving en probeert jongeren op het rechte pad te houden. Of te krijgen. Over twee jaar hoopt ze te promoveren aan de Universiteit van Amsterdam. Een onderzoek onder maar liefst 900 Curaçaose jongeren vanaf 12 jaar vormt de basis.

Haar eigen studiekeuze maken vond ze lastig:

'Ik had geen flauw idee wat ik wilde doen!'

Studie

Het was een lange weg voor de Surinaams-Nederlandse Agnes, komende van de middelbare school in Paramaribo tot waar ze nu is. Ze probeerde een kappersopleiding, een studie chemische bodemkunde, rechten en toen HBO maatschappelijk werk (tegenwoordig Social Work) op de Saxion Hogeschool in Enschede. Agnes maakt het niet mooier dan het is; ze kreeg vrijstelling voor pedagogiek dus ging ze daarna orthopedagogiek studeren aan de Radboud Universiteit in Nijmegen. Ook deed ze specialisaties in het forensisch veld.

'Hoe raken jongeren de weg kwijt?'

Passie

Ze combineerde haar deeltijdstudie met een baan in een jeugdgevangenis. Daar kwam ze erachter wat ze echt leuk en interessant vond: de vraag hoe het komt dat sommige jongeren de weg kwijtraken en anderen niet. Agnes houdt van wat ze noemt ‘het spel en de puzzel’: waarom het niet verkeerd gaat is net zo interessant als waarom het wel goed gaat. Ze houdt zich graag bezig met gedrag dat fout en stout is.

Doorpakken en humor

Wat moet je kunnen om een goede forensisch orthopedagoog en psycholoog te zijn? Doorpakken en relativeren, zegt Agnes. Gevoel voor humor helpt. Je moet mensen van diverse kanten kunnen bekijken en de kracht zoeken die iemand heeft. Zo kan een goede oplichter misschien ook een goede autoverkoper zijn, zegt ze met een knipoog.

Ze wijst er ook op dat het vaak vrouwen zijn die kiezen voor een sociale studies en dat de cliënten jonge mannen zijn. Het is belangrijk om als jonge, net afgestudeerde vrouwelijke professional je grenzen te bewaken.

'In mijn vak moet je scherpe humor hebben!'

Opvoeding

Agnes is zelf, zoals ze mooi zegt, een dubbelbloed; haar vader komt uit Suriname, haar moeder is Nederlands. De Caribische cultuur en opvoeding kent ze van binnenuit. Ze benadrukt dat er weinig wordt stilgestaan bij wat we van binnen echt voelen en denken.

'In de Cariben zijn we minder gewend stil te staan bij wat we denken en voelen'

Agnes’ tip voor studenten die kiezen voor een sociale studie:

Leer het werk kennen in het veld. Ga naar open dagen bij bedrijven en loop dagen mee zodat je weet hoe het werk ‘in het echt’ is.

Het onderzoek van Agnes

Naast haar reguliere baan als GZ-psycholoog is Agnes bezig met haar promotieonderzoek. Ze heeft op Curaçao jarenlang data (gegevens) verzameld over het gedrag van kinderen vanaf 12 jaar. Zoals ze haar onderzoek zelf samenvat: waarom worden sommige jongeren crimineel en anderen niet? Wat beschermt hen? Dat wil ik weten!

'Een heleboel Caribische kinderen doen het prima in het leven'

Met de hulp van scholen en haar grote netwerk op het eiland lukte het om grote groepen kinderen en jongeren in kaart te brengen.

Een persoonlijke benadering is erg belangrijk zodat er vertrouwen wordt opgebouwd. En telkens weer uitleggen wat de bedoeling is. Goed onderzoek en promoveren is een lang, zwoegend verhaal, je moet echt volhouden! zegt Agnes lachend.

Resultaten

Wat zijn de eerste voorzichtige resultaten van haar onderzoek? Agnes spreekt over de mogelijke gevolgen van wat zij ‘een niet-handige opvoeding’ noemt: te streng, met te weinig ruimte voor een eigen mening. Kinderen – in ieder geval die uit groep 8 dan – kunnen hierdoor minder goed zelf goede keuzes maken, zeker als ze slechte vrienden hebben en ze zich niet fijn voelen op school. Over het algemeen kunnen jongens dan agressiever worden en gaan meisjes sneaky (stiekem) regels overtreden. Jongens zijn hierbij gevoeliger voor hoe goed dingen in hun omgeving geregeld zijn, terwijl meisjes eerder hun motivatie voor positieve doelen verliezen. Dat betekent dus iets voor de manier waarop we kinderen die risico lopen moeten opvoeden. Én hoe je de problemen met ze moet oplossen. Een verschillende benadering dus. Hoe, dat kunnen we gelukkig leren van de vele Caribische kinderen die het prima doen in het leven!


‘Werken in de GGZ inspireert!’ - Joanne Ignacio

‘Mental health is een lastig onderwerp op het eiland’

Gastblog door Joanne Ignacio,
woonbegeleider bij Mental Health Caribbean, Bonaire

Joanne Ignacio

Bon dia! Ik ben Joanne Ignacio, geboren en getogen in Bonaire. Vanaf mijn tienerjaren wist ik al dat ik mensen wilde helpen. Naar mensen luisteren en met ze praten, mensen doorgronden, dat heb ik altijd leuk gevonden.

Daarom koos ik ervoor om toegepaste psychologie te studeren, maar het vak statistiek vond ik absoluut niet fijn, dus kwam ik tot de conclusie dat psychologie niks voor mij was. Ik wilde mensen helpen en heb de studie maatschappelijk werk en dienstverlening (nu Social Work) gedaan aan de Hogeschool van Arnhem en Nijmegen. Deze studie paste beter bij mij en kan ik goed toepassen in mijn werk als woonbegeleider bij Mental Health Caribbean. (Dit is de grootste GGZ-instelling op de eilanden.)

Psychiatrie en verslaving
Als het jou aanspreekt om met mensen te werken, is werk in de GGZ leuk! Maar onderschat het niet; wanneer er psychiatrie en verslaving bij komt kijken, gaat er een hele nieuwe wereld voor je open. Het is niet alleen maar kijken naar diagnoses, ziektebeelden, cognitief functioneren of kleine rode oogjes. Het is een samenhang van al het bovengenoemde en meer. Complex! (Boeiend?) Als dat woord jou niet afschrikt, maar juist nieuwsgierig maakt, dan nodig ik je uit om verder te lezen.

'Psychische gezondheid is een onderwerp waar niet makkelijk over gesproken wordt op het eiland'

Mental health
Momenteel werk ik als woonbegeleider bij Mental Health Caribbean in Bonaire. Ik werk met mannen en vrouwen vanaf 18 jaar, die een psychiatrische en/of verslavingsproblematiek hebben en/of licht verstandelijk beperkt zijn. Het kan ook een combinatie van de drie zijn. ‘Mental health’, oftewel psychische gezondheid is een onderwerp waar niet makkelijk over gesproken wordt op het eiland. Je wordt al snel als ‘gek’ bestempeld en in een hoek geplaatst om vergeten te worden.

Zelfstandigheid versterken
Gelukkig is daar het afgelopen decennia veel aan veranderd en dat zie je terug bij ons op de afdeling. Vroeger ging men er meestal vanuit dat iemand weinig kon en veel geholpen moest worden, nu kijken we naar wat iemand wel kan. En vooral hoe je dit kunt versterken/bekrachtigen en uitbreiden.

'Er komt veel op je af in dit werk, maar dat maakt het juist boeiend!'

Studie toepassen in de praktijk
Geen één dag op de afdeling (in de psychiatrie/GGZ en de verslavingszorg) is hetzelfde. Opeens kan je de volgende situaties tegenkomen. Bijvoorbeeld, iemand raakt overstuur, omdat zijn dag-structuur verstoord is. Een ander weigert zijn of haar medicatie in te nemen of iemand is onder invloed van drugs of alcohol. Er komt veel op je af, maar dat maakt het juist boeiend! Je gaat gesprekken aan en past methoden en technieken aan die je tijdens je studie Social Work geleerd hebt. Denk bijvoorbeeld aan motiverende gespreksvoering.

Dynamische baan in de GGZ
Je activeert de cliënt om samen activiteiten te ondernemen, zoals samen koken. Samen bereid je ook alles voor. Hierbij leer je de cliënt organiseren en overzicht houden. Later op een dag kan het zijn dat je met de psychiater, de psycholoog en een verpleegkundige in overleg zit om een casus te bespreken.
Naast de dagelijkse gang van zaken op het werk geef je als medewerkers ook regelmatig voorlichting aan ketenpartners.

'Ik geniet er enorm van om iemand te zien groeien, hoe klein de stappen ook zijn'

Inspirerend en uitdagend
Ik geniet er enorm van om iemand te zien groeien, hoe klein de stappen ook mogen zijn. Een glimlach, een trotse gezichtsuitdrukking, opluchting, maar ook boosheid, irritatie en frustratie, dat hoort er allemaal bij. Het maakt ons wie we zijn, ook degene met een psychiatrisch- en/of verslavingsproblematiek. De dynamiek van vallen en opstaan, doorgaan, doorzetten, dat inspireert mij dagelijks in mijn omgang met deze doelgroep.

'Let the journey begin! Kom stagelopen of werken in de GGZ'

Wil jij je ook laten inspireren en uitdagen, kom dan stagelopen of werken in de psychiatrie en de verslavingszorg bij Mental Health Caribbean! Let the journey begin!

Stagelopen bij Mental Health Caribbean?

MBO-studenten SPW, GGZ AGOOG, SPH, MWD, verpleegkundigen, psychologiestudenten en beleidsstagiaires en afstudeerstudenten zijn van harte welkom voor een stage van minimaal 6 maanden. Voor meer informatie kan je contact opnemen met Mental Health Caribbean via het e-mailadres secretariaat@mentalhealthcaribbean.com.

TIP: Meer lezen over wat je kunt worden met de studie Social Work? Bekijk dan ook de stories van Sharsy Anthony en Kimberly Marlin


Promotieonderzoek in Brisbane, Australië – Raisa Rudge

Van druktemaker naar wetenschappelijk onderzoeker

Gastblog door Raisa Rudge,
wetenschappelijk onderzoeker

Raisa Rudge

Op school zat ze nooit stil, vergat ze vaak haar huiswerk en was ze snel afgeleid. Bovendien kletste ze iedereen de oren van het hoofd. Toch bereikte de 30-jarige Arubaanse Raisa Rudge al op jonge leeftijd een academische mijlpaal: een PhD in Fysische Chemie waarvoor ze zelfs in Australië terechtkwam. In een serie van 3 blogs vertelt ze haar inspirerende verhaal dat begint op een Amsterdamse basisschool. Dit is blog 1.

Tijdens mijn PhD deed ik onderzoek naar de chemie en natuurkunde achter het mondgevoel

Brisbane, Australië

Tijdens het schrijven van deze blog, ben ik net een paar dagen 30 (shock!) en woon ik inmiddels al twee jaar in Brisbane, Australië dankzij een uitwisseling als onderdeel van mijn promotieonderzoek (PhD) aan de Wageningen University. Tijdens mijn PhD heb ik onderzoek heb gedaan naar de chemie en natuurkunde achter mondgevoel oftewel het gevoel in de mond tijdens het eten.

Hoe een druk en altijd afgeleid meisje dat op Colegio Arubano zelden oplette aan een PhD in Fysische Chemie komt?

Als ik het kan… kunnen jullie het ook!

Dat hoop ik in deze driedelige blog aan jullie te vertellen, om aan te tonen dat er niet per se een ‘juiste’ manier, persoonlijkheid, achtergrond of studierichting bestaat om jouw academische en carrière doelen te bereiken. Als ik het kan… kunnen jullie het ook!

Verveeld of vervelend?

Als kind op de basisschool in Amsterdam zou men mij op twee manieren kunnen omschrijven: ‘vervelend’ of ‘verveeld’. De werkelijkheid ligt waarschijnlijk in het midden.
Al kan ik me niet bewust herinneren dat ik me verveelde. Mijn taken waren altijd af en ik had daarna nog genoeg tijd over om op mijn stoel te wiebelen en andere kindjes lastig te vallen.

Daarom leek het de schoolleiding, na lang aandringen van mijn ouders, een goed idee om mij van groep 1 (eerste kleuterklas) over te plaatsen naar groep 3 (eerste klas) en dus groep 2 over te laten slaan. De rest van mijn basisschoolperiode bleef een combinatie van ‘vervelend’ en ‘verveeld’ gedrag en gelukkig ook de hoogste cijfers van de klas.

Van Amsterdam naar Aruba

Aan het einde van de basisschool ben ik verhuisd naar Aruba waar ik verder ging op de Commandeur Pieter Boerschool — nu Scol Basico Xander Bogaerts, genoemd naar de Arubaanse honkballer Xander Bogaerts waarmee ik destijds op school zat.

Op Aruba bleek ik een nog grotere voorsprong te hebben op de rest van de klas mede vanwege het feit dat ik de Nederlandse taal goed beheerste en zowel Papiamento als Caribisch Engels ook vrij snel oppikte. Dat zorgde helaas voor meer vervelend/verveeld gedrag. Mijn goede resultaten op school — en inmiddels ook iets beter gedrag — werden beloond met een plekje op het VWO op Colegio San Nicolas, nu Colegio Nigel Matthew.

Scheikunde vond ik fantastisch!

Co Co Co Colegio!

Eenmaal op Colegio voelde ik mij een stuk beter op mijn plek, omringd door andere HAVO en VWO scholieren. Waar ik mijn hele leven gewend was de beste van de klas te zijn, had ik nu moeite met wiskunde en natuurkunde. Scheikunde vond ik fantastisch en mijn scheikunde docente, Goeloe, was dan ook snel mijn favoriet.

In de eerste twee weken van het schooljaar had ik wel een agenda, maar die werd eerder gebruikt om te vullen met lieve ‘quotes’ van mijn klasgenoten dan voor het noteren van huiswerk. Dit had echter weinig invloed op mijn schoolresultaten en ik heb Colegio San Nicolas met een goed gevoel, veel vrienden, een goede reputatie en met ‘flying colors’ afgerond.

Di Pariba te Pabou

Destijds ging Colegio San Nicolas, pariba, maar tot VWO 3. Vanaf dat jaar mochten we van pariba elke ochtend onze weg zien te vinden naar Colegio Arubano, pabou, in Oranjestad. Ik woonde op Savaneta en werd soms met de auto gebracht of ik pakte de bus zoals het overgrote deel van de leerlingen deed.

De docenten moesten wennen aan dat kleine meisje met haar grote mond dat toch hoge cijfers haalde…

Op Colegio San Nicolas kende ik iedereen, dat is ook niet zo moeilijk met zo’n 250 leerlingen en ongeveer 30 docenten. Colegio Arubano (~ 1000 leerlingen) voelde sociaal als bijna helemaal opnieuw beginnen in VWO 4, maar gelukkig ging dat mij vrij goed af. De docenten hadden echter iets meer tijd nodig om te wennen aan dat kleine meisje met de grote mond dat toch hoge cijfers haalde….

Hoe dat mijn carrière als onderzoeker verder heeft beïnvloed en hoe ik uiteindelijk in Australië terechtkwam voor promotieonderzoek, lees je in mijn volgende blogs!

 

Wil je intussen meer van mij weten? Check mijn Insta:

https://www.instagram.com/raisnscience/

Voor het meer zakelijke netwerk zit ik ook op LinkedIn:

https://www.linkedin.com/in/raisa-rudge-717b6964/


’Kennis achter de zorg vind ik interessant’ - Megan Rannou

‘Stick to your own plan‘

Interview met Megan Rannou, student Voeding en Diëtetiek

Megan Rannou

Toen de Bonairiaanse Megan Rannou in 2021 met haar HAVO-diploma op zak naar Nederland vertrok had ze haar studiekeuze gemaakt. Ze ging HBO-Verpleegkunde studeren aan de Hogeschool Saxion in Enschede. Het liep anders dan verwacht. Haar verhaal laat zien dat je eerste studiekeuze niet altijd meteen raak is. En dat een ‘verkeerde’ keuze ook weer nieuwe deuren opent.

Haar tip voor Caribische scholieren die zich op een studie in Nederland oriënteren:

Kijk goed naar wat bij jou past en luister niet teveel naar wat andere mensen je aanraden. Stick to your own plan!

Online open dagen

Megan – en vele jongeren met haar – had de pech dat ze zich tijdens de coronapandemie moest oriënteren op een studie in Nederland. De studiereis van haar school Liseo Boneriano verviel door de beperkende maatregelen. Ze was aangewezen op online open dagen en digitale brochures wat het lastig maakte om in te schatten of Saxion voor haar de juiste hogeschool was. De moderne en technische uitstraling sprak haar aan en Enschede – een stad in het oosten van Nederland – leek een leuke studentenstad.

Twijfel

Eigenlijk wilde ze iets op het gebied van voeding studeren. Ze kreeg van anderen het advies om een bredere studie te kiezen en begon te twijfelen. Uiteindelijk werd het HBO-Verpleegkunde, maar al snel bleek dat haar hart niet lag bij het verzorgen van patiënten. Een flinke tegenvaller! Dat alles in Nederland door de lockdown online moest hielp niet mee.

Van HBO naar MBO…

Megan stapte na een aantal maanden over op een MBO-Verpleegkunde opleiding. Ze dacht dat het HBO niet bij haar paste, ook omdat haar Nederlands niet goed genoeg was. Niets bleek minder waar. Het MBO-niveau ging haar zelfs makkelijker af dan de middelbare school. Hierdoor kwam er wel meer ruimte om haar Nederlands schriftelijk en mondeling te verbeteren en nieuwe mensen te leren kennen. Maar het was duidelijk dat ze ook hier niet op haar plek zat.

Ik ben weer terug bij mijn oorspronkelijke studiekeuze: HBO Voeding en Diëtetiek

…en weer terug naar HBO

Inmiddels wist Megan zeker dat de kennis ‘achter’ de zorg haar meer interesseert dan verpleegkunde. Vanaf maart 2022 ging ze zich oriënteren op een nieuwe studie. Ze bezocht een aantal open dagen en alles viel op zijn plek: het werd HBO Voeding en Diëtetiek aan De Haagse Hogeschool. Kennis opdoen over wat voeding met mensen doet, hoe je ze gezonder kunt laten eten en welke innovatieve middelen je daarvoor kunt inzetten.

Toekomstplannen?

Voorlopig blijft Megan na haar studie in Nederland om werkervaring op te doen. Als diëtist of misschien wel iets met voedingsadviezen voor sportmensen. Want dat is wat haar het allerleukste lijkt.

Als je Nederlands niet zo sterk is, schrijf je dan direct in voor een cursus Nederlands bij je hogeschool of universiteit

Extra aandacht voor de Nederlandse taal

Megan drukt toekomstige studenten van de eilanden op het hart om extra aandacht aan hun Nederlands te besteden en hulp in te schakelen als dat nodig is. Zelf merkte ze aan het begin van haar studie dat het Nederlands zoals zij het op Bonaire had geleerd niet voldoende aansloot bij het HBO-niveau. De cursus Leer Nederlands bij Saxion bood uitkomst en haar schrijf skills kon ze met behulp van een coach verbeteren.

Tip
Veel hogescholen en universiteiten in Nederland geven cursussen Nederlands voor anderstaligen.


‘Onderschat jezelf nooit!‘ - Tirzah Richards

‘Maak gebruik van jouw unieke kwaliteiten‘

Interview met Tirzah Richards, gedragswetenschapper

Tirzah Richards

De 24-jarige Tirzah Richards bestudeert gedrag, in het bijzonder van kinderen en jongeren.
Met haar master orthopedagogiek op zak werkt ze de komende maanden bij het Expertisecenter Onderwijs en Zorg (EOZ). In Bonaire, het eiland waar ze is opgegroeid.

Als ik heimwee had naar Bonaire, kon ik in Rotterdam naar de toko op de hoek, voor een pastechi

Rotterdam
Op haar 18e vertrok ze naar Nederland met een afgeronde VWO-opleiding. Na een oriëntatie bezoek in de vijfde klas met haar school, Liseo Boneriano, koos ze voor Rotterdam, voor de Erasmus Universiteit.

“Ik twijfelde tussen Rotterdam en Leiden; het multiculturele karakter van Rotterdam gaf de doorslag. Als ik heimwee had naar Bonaire, kon ik naar de toko om een pastechi te halen. Dat hielp!”

Probleemgestuurd Onderwijs
Op de Erasmus was het wel aanpoten omdat je daar in het eerste jaar al jouw 60 studiepunten moet halen. “Men werkt er met het PGO-systeem (Probleemgestuurd Onderwijs), dat lag mij wel, veel in werkgroepen werken.” Ze deelde een tweekamer-unit (studio) met een andere Bonairiaanse studente en geeft als tip: “Schrijf je vanaf je 16e in voor woonruimte, bij DUWO bijvoorbeeld, of bij Stadswonen Rotterdam, afhankelijk van jouw studiestad.”

Schrijf je vanaf je 16e alvast in voor woonruimte in de stad

Orthopedagogiek
Orthopedagogiek is een specialisatie binnen Pedagogische Wetenschappen. De studie richt zich op de brede omgeving van het kind. Tijdens de master krijg je een vak als onderwijskunde en je leert onderzoek te doen naar factoren die het kind beïnvloeden.

“Stel, in Bonaire bestuderen we een kind dat op jonge leeftijd als vijf keer verhuisd is, steeds naar een ander eiland.
Dat is een belangrijk gegeven om mee te nemen in de analyse van het gedrag van het kind.”

Onderzoek doen
In haar afstudeerfase zag Tirzah via WeConnect een vacature bij de Rijksuniversiteit Groningen, voor een junior onderzoeker. Het ging om een onderzoek naar de vraag: hoe is de opvang van jeugdigen uit Caribisch Nederland geregeld die in een gesloten residentiële jeugdhulp in Europees Nederland terecht komen? Ze kreeg de baan en werkte mee aan het onderzoek ‘Tussen twee werelden’ dat in opdracht van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en dat van Justitie is uitgevoerd en binnenkort gepubliceerd wordt.

Mijn meerwaarde is groot omdat ik de taal en cultuur van het eiland ken

Twijfel
Achteraf vraagt ze zich af waarom ze twijfelde om te solliciteren. “Mijn meerwaarde was groot want ik kende de taal en de cultuur van het eiland. Dus tijdens de onderzoeksfase kon ik mensen in hun eigen taal laten vertellen over vaak heftige problemen.” Dat drukt ze haar mede eilandskinderen op het hart: overwin jouw angst en onzekerheid, doe het!

Achter de voordeuren gebeurt veel wat verborgen blijft…

Schaamtecultuur
De complexiteit van de problematiek op de eilanden heeft haar verrast. Ze is er als tiener weggegaan en kijkt nu met de blik van een professional. “Achter de voordeuren gebeurt veel wat verborgen blijft. Dat is ook de Bonairiaanse cultuur, van het zelf binnen het gezin willen oplossen maar soms leidt dat tot problemen.” Ook wijst ze op de invloed van sociale media waardoor ouders minder zicht hebben op de wereld van hun kind.

Tips
Tirzah is blij op haar eigen eiland te werken en krijgt veel positieve reacties. “Ook als inspiratie voor jongeren want er zijn weinig jongeren die na hun studie terugkeren naar het eiland en een rolmodel kunnen zijn.” Verder wenst ze jongere Tirzah’s toe om zichzelf niet te onderschatten. “Je hebt unieke kwaliteiten, maak daar gebruik van!”